Eenvoudiger georganiseerd en aantrekkelijker beroepsonderwijs

Afgelopen donderdag was ik deelgenoot van een sessie waarin de diplomeringseisen in het MBO werden besproken. De overheid heeft in het verleden het besluit genomen om deze eisen per cohort (lichting) studenten te laten variëren. Een cohort is gekoppeld aan een startjaar van een opleiding. Oftewel een lichting studenten van het ene jaar kent andere eisen dan die van een andere jaar. Die eisen betreffen taal en rekenen, loopbaan en burgerschap maar ook eisen gesteld aan het beroep (het kwalificatiedossier). Niet-ingewijden snappen niet waarom dit allemaal zo complex gegroeid is. De eerste paar jaren zal dit zeker nog zo blijven.
Op vrijdag kreeg ik een bericht van de algemene rekenkamer onder ogen. Hierin stelde men dat het administratief aantonen van 850 uur aangeboden onderwijstijd weinig verband had met de kwaliteit van het onderwijs. Het leidt vooral tot een grote hoeveelheid papierwerk.

Al surfend kwam ik dit weekend diverse publicaties over het Fins onderwijs tegen. De eenvoud van organisatie en ruimte voor professionalisering van onderwijsgevenden staat daarin centraal. Ik lees in de diverse stukken veel waardering voor de Finse onderwijsfilosofie. Uit een artikel van collegae van het Leeuwenborgh instituut uit Limburg haal ik de volgende passages:

“Finland kent wel wetgeving en een curriculum waar het onderwijs aan moet voldoen maar er is geen onderwijsinspectie. Leerkrachten worden universitair opgeleid en men vertrouwd op de professionaliteit van de leerkracht om het curriculum te volgen. Er ligt een sterke focus op zelfevaluatie en externe evaluatie van ouders en collega’s. Verder heeft de leerkracht veel vrijheid om zijn lessen naar eigen visie in te richten. De jaartaak van een docent wordt gerealiseerd binnen 190 werkdagen (38 weken) er zijn 12 vakantieweken. Een fulltime baan heeft tussen de 16 (talen) tot 24 lessen van 45 minuten per week. Na elke les van 45 minuten is er een pauze van 15 minuten. Er zijn zo’n vijfhonderd instellingen voor beroepsonderwijs die jaarlijks onderwijs verzorgen voor 200.000 studenten. De instellingen voor beroepsonderwijs lopen altijd achter met de modernisering van hun uitrusting, omdat de meest vooruitstrevende werkgevers veel eerder kunnen overgaan tot vervanging van machines en apparatuur. Het is dan ook noodzakelijk dat essentiële onderdelen van de praktijkopleiding worden verplaatst naar die vooruitstrevende ondernemingen.”

Ik krijg bij het Finse model enige visioenen van de tijd van weleer. Toen ik mijn onderwijs carrière in 1984 bij de middelbare Detailhandelsschool begon, kenden we slechts één breed georiënteerd eindexamen. Dat bestond uit een mondeling en een schriftelijk deel. Diverse kernvakken maakten allemaal deel uit van het examen. Het diploma werd uitgereikt op basis van dat afgelegde eindexamen. In de eerste en tweede leerjaren werd er gestaag naar het eindexamen toegewerkt. Iedere docent en student was op de hoogte van hetzefde einddoel. We kenden een adjunct-directeur die tevens lessen verzorgde. Er was voldoende tijd voor experimenteren met je onderwijs. Andere collegae woonden je lessen bij. Je nam tijd om met je collegae over je didactische aanpak te discussiëren.

tvvm

Terug naar vroeger is natuurlijk geen optie. Onze jeugd, onderwijscorps en (onderwijs)cultuur veranderen in de tijd met een hoge snelheid.
In het regeringsakkoord kom ik enige uitspraken tegen rondom prestatieafspraken in het MBO, volle roosters en uitdagende opleidingen, een stofkamoperatie om het aantal administratieve verplichtingen en voorschriften voor verantwoording worden verminderd. Gratis schoolboeken worden afgeschaft en de eisen van bekwaamheid uit het Lerarenregister en de bijscholingsplicht van docenten worden met ingang van 2017 wettelijk verankerd.
Het zou inderdaad mooi zijn als het aantal administratieve verplichtingen op termijn zal verminderen. Echter van binnen bekruipt me het gevoel dat we nog een heel eind van de Finse aanpak op basis van vertrouwen afstaan. Het regeerakkoord van nu kent een ondertoon van presteren en meten. Recent genomen initiatieven zoals the crowd bevestigen het tekort aan aandacht voor professionalisering in het hedendaags onderwijs. Ik heb me vandaag bij the crowd aangemeld en ben erg benieuwd hoe dit initiatief zich verder zal gaan ontwikkelen. Ik ben namelijk niet te beroerd om in m’n vrije tijd een avondje scholing voor diverse collega's te gaan verzorgen. Mogelijk dat ik dan iets ga doen met e-Learning?

Onderwijs: “never a dull moment”.

zp8497586rq
zp8497586rq

Reacties zijn gesloten.