Gisteren zag ik voor de zoveelste keer een tweetal flesjes met energydrank staan. Die zijn bij de start van het schooljaar aan alle medewerkers uitgereikt. Terwijl ik naar de flesjes keek kwam een anekdote van begin negentiger jaren bij me boven borrelen.
In die tijd mocht ik een groep studenten begeleiden met hun minionderneming genaamd “Blicker”. Tijdens een avondsessie met aandeelhouders van die onderneming waren diverse ouders aanwezig. Een van de ouders ondersteunde de bijeenkomst met een laptop voorzien van dos 6.1 Windows 3.1 en PowerPoint. Velen keken, bij het zien van al dat digitale geweld, de ogen uit.
De man werkte bij Rockwool, presentaties verzorgen was zijn dagelijkse klus. We raakten aan de praat en onder het genot van een glas deelden we werkervaringen. Ook spraken we wat over onze vakantieplannen en campings. Op enig moment kreeg ik te horen: “Wat jullie als docent in het onderwijs doen; ik snap niet dat jullie dit zo volhouden” Ik keek hem vragend aan.“Bij ons, bij Rockwool, als we een presentatie gaan verzorgen schrijven we eerst de presentatie uit. We spreken die met 2 of 3 collega’s door. Aansluitend wordt deze door twee medewerkers verzorgd. Na de presentatie kunnen we even uitpuffen. Enige tijd later hebben we een evaluatiemoment en stellen we, indien nodig, de presentatie bij.”“Wat jullie op een dag in het onderwijs doen is continue presentaties verzorgen. Jullie hebben nauwelijks tijd om die voor te bereiden en met je collega’s te evalueren. Daar bovenop hebben jullie veelal lastigere groepen dan wij. Ik neem mijn petje af. Onderwijs is topsport!” Ik stond ietwat beduusd te kijken. Via zoonlief hielden we contact. Een half jaar later stond hij voor mijn voordeur. Hij was gekapt met presentaties verzorgen bij Rockwool.Hij had ondertussen in het zuiden van België een camping gekocht. Dat was zijn nieuwe uitdaging. Ik ben ondertussen verschillende keren op de camping geweest. En heb daar als “topsporter uit het onderwijs” een toptijd mogen beleven. Leuk toch!